maandag 25 november 2013

Gezakt

Eigenlijk had ik me voorgenomen om een tijdje rustig aan te doen met de discussie over de Superprovincie. Na het indienen van de provinciale zienswijze is immers het Kabinet aan zet om met een definitief wetsontwerp naar de Tweede Kamer te komen. De verwachting is dat dit pas na de gemeenteraadsverkiezingen van volgend jaar zal gebeuren.

Dat ik nu toch schrijf over dit onderwerp is recente brief van het Kabinet aan de Eerste Kamer. De brief was het antwoord op een motie waarin de Senaat vroeg om nu eerst eens met een degelijke onderbouwing te komen alvorens de bestuurlijke inrichting van Nederland op lokaal, regionaal en provinciaal niveau zo ingrijpend te verbouwen.

Toen ik die brief las, was mijn eerste reactie dat het kabinet het ons nu wel erg makkelijk maakt. Wanneer de onderbouwing van de plannen voor de Superprovincie niet beter wordt dan dit, dan wordt de kans op succes wel heel erg klein. Leden uit de Eerste Kamer die ik afgelopen week sprak, waren er nog niet helemaal uit hoe deze laatste brief nu precies behandeld moet gaan worden. ‘Wat doe je met een kind dat al drie keer is gezakt voor een tentamen?’ vroeg SP senator Vliegenthart zich af. Kortom, deze week nog geen diploma voor de minister. De eerste geluiden uit de Senaat klinken dus pessimistisch voor het Kabinet.

Als ik kijk naar de inhoud van de brief dan valt op dat het, net als de eerdere stukken, vol staat met doelredeneringen. Het Kabinet schrijft opnieuw uitsluitend over de voordelen, maar staat geen moment stil bij de nadelen van zo een megafusie. Ook gaat men niet in op alternatieven, waarmee met veel minder moeite hetzelfde doel bereikt kan worden.

In antwoord op de vraag voor welk probleem de fusie nu precies een oplossing is, worden er nu wel een aantal onderwerpen opgesomd. Bij bestudering daarvan valt op dat het daarbij vooral gaat om problemen in de provincie Noord-Holland, verreweg de grootste van de drie provincies. Daardoor lijkt het of het Kabinet de problemen van juist de grootste provincie wil oplossen door deze nog groter te maken. Vanuit het Flevolandse perspectief, zou de conclusie dat Noord-Holland misschien een tikje te groot is geworden, eerder voor de hand liggen. Het probleem dat het Kabinet denkt op te lossen lijkt dus vooral in Noord-Holland te liggen. Dat verklaart wellicht waarom juist de bestuurders van deze provincie zo hard liepen om de fusie voor elkaar te krijgen.

Op één onderdeel is de brief van de minister heel duidelijk. Het Kabinet heeft besloten dat de stadsregio Amsterdam binnen de Superprovincie een belangrijke positie moet krijgen. Zo belangrijk zelfs dat deze regio van het Rijk ook in de toekomst eigen financiën krijgt om taken op het gebied van Verkeer en Vervoer uit te voeren. Zo behoudt de stadsregio de regie over het openbaar vervoer. Voor de Kamerfractie van de PvdA is dat winst, mijn partij is al heel lang voor een prominente rol van de stadsregio. Voor de voorstanders van de superprovincie is dit een flinke tegenvaller. Het Kabinet wil de provincie versterken door de fusie, maar haalt tegelijk weer een belangrijke kerntaak bij die nieuwe provincie weg.

Voor mijn collega's in Noord-Holland was het punt van de vervoersregio een belangrijke voorwaarde om door te gaan met de provinciefusie. Nu het Kabinet niet aan die voorwaarde lijkt te voldoen is een succesvolle fusie verder weg dan ooit.

Begin december bespreekt de Eerste Kamer de begroting Binnenlandse Zaken. Misschien is dat wel een heel goed moment om definitief de stekker uit de Superprovincie te trekken. Het zou de weg vrijmaken voor een vruchtbare discussie over een intensieve samenwerking binnen de Noordvleugel waar ik me met heel veel energie voor zal inzetten.

De tekst van de betreffende brief kunt via deze link terugvinden: http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/publicaties/2013/11/14/reactie-motie-vliegenthart.html

Tot ziens.

maandag 18 november 2013

13 maanden

Nog een kleine dertien maanden en dan is het zover. Op 1 januari 2015 dragen we als provincie de uitvoering van de jeugdzorg over aan de gemeenten. De afgelopen weken zijn de voorbereidingen voor deze overdracht in een stroomversnelling gekomen. De Tweede Kamer heeft de nieuwe Jeugdwet inmiddels goedgekeurd. De gemeenten denken na hoe zij ervoor zorgen dat er met minder geld toch betere zorg gaat komen voor de meest kwetsbare Flevolandse kinderen. Het gaat landelijk om een mega operatie met grote gevolgen voor de 30.000 werkenden in de jeugdzorg en voor de vele tienduizenden gezinnen die van hen afhankelijk zijn. Waarom we deze verandering toch door moeten zetten, schreef ik eerder op deze plaats. De kwaliteit van de zorg kan en moet gewoon beter.

De rol van de provincie is bij dit alles beperkt. Eigenlijk is onze belangrijkste opdracht ervoor te zorgen dat wij de jeugdzorg tot de overdracht zo goed mogelijk uitvoeren en zodoende de verplichtingen die voortkomen uit de oude wet nakomen. Precies daar zien we de laatste tijd een groeiend spanningsveld. 

Voor de uitvoering van onze taak zijn wij in Flevoland tot eind 2014 afhankelijk van uitvoerende zorginstellingen zoals Bureau Jeugdzorg en jeugdzorgorganisaties zoals Vitree, Triade en LSG Rentray. Deze partijen zijn nu nog relatief onzeker over hun rol na de overdracht. Bureau Jeugdzorg liet vorige week via Omroep Flevoland weten dat men gedwongen ontslagen verwacht omdat gemeenten het werk op een andere manier gaan uitvoeren. Ook de andere zorginstellingen verwachten dat ze flink gaan krimpen. Al die onzekerheid brengt met zich mee dat de uitvoering van onze wettelijke taak in 2014 kan gaan stagneren. Een dergelijke stagnatie kan leiden tot groeiende wachtlijsten en een afname van de kwaliteit van zorg. Juist omdat we de afgelopen jaren als provincie keihard gewerkt hebben om onze zorg sterk te verbeteren wil ik alles op alles zetten om dat te voorkomen. 
Daarom zat ik vanochtend vroeg namens het IPO om de tafel met de staatssecretarissen Van Rijn en Teeven en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). We hebben een stevige discussie met elkaar gehad waarbij we uiteindelijk hebben afgesproken dat we binnen een maand een einde willen maken aan de onzekerheid in de sector. Hier ligt vooral voor de gemeenten een belangrijke opgave. Zij gaan immers vanaf 2015 over de uitvoering van de Jeugdzorg en kunnen dus als enige duidelijkheid verschaffen aan de zorginstellingen. Voor de kerst komen we opnieuw bij elkaar en dan zullen we merken of het gelukt Tot ziens.

zondag 10 november 2013

Vooruitblik op de begroting 2014

Aanstaande woensdag gaat Provinciale Staten van Flevoland zich buigen over de begroting voor 2014. Voor mij als portefeuillehouder financiën is dat de afronding van een intensief proces waarin ik samen met met collega's in het college van GS keuzes heb gemaakt voor de toekomst van onze provincie. Nu kijken of de verschillende fracties in de staten de gemaakte keuzes kunnen onderschrijven. Vandaag keek ik alvast met Jeroen van der Laan van Omroep Flevoland vooruit op wat komen gaat in het programma Over Flevoland Gesproken.

 

Heeft u interesse in wat de provincie in 2014 gaat doen met uw geld? Kijk dan op www.flevoland.nl/begroting

Tot ziens.