’t Huis op de Waard bestaat als zodanig sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw, maar de betreffende stichting is al sinds 1783 in Leiden actief. Sinds die tijd is er veel veranderd in de samenleving, maar gelukkig is ’t Huis op de Waard met deze veranderingen meegegroeid. Ook op dit moment staan er weer een aantal veranderingen op stapel, met als belangrijkste inzet de wensen van de bewoners nog meer tegemoet te komen.
Zo zijn er plannen om het activiteitenprogramma aan te passen, het restaurant op te knappen en een bruin café in te richten. Per afdeling wordt er gekeken wat er verbeterd kan worden. Dit varieert van het verhogen van het opleidingsniveau van de verpleegkundigen tot het tweemaal per dag gaan aanbieden van warme maaltijden vanuit de keuken.
Na een warm onthaal en een korte introductie door de directeur van de instelling, mocht ik in de hoedanigheid van stagiair op de verpleegafdeling meekijken bij de dagelijkse werkzaamheden van de verpleegkundige zoals wondverzorging, het aanbrengen van sondevoeding en het geven van medicijnen. Daarna mocht ik een kopje koffie drinken met een aantal bewoners van ’t Huis op de Waard, waarbij het gesprek al snel over vroeger ging. Op de achtergrond draaide een CD met liedjes van toen.
Vervolgens kreeg ik een uitgebreide rondleiding door de keuken en het restaurant, waar ik natuurlijk niet ontkwam aan de hygiëne voorschriften: ik mocht een plastic schort voor en een papieren hoed op! Met buitengewoon veel enthousiasme kreeg ik van de chef kok uitleg over de gang van zaken binnen zijn keuken. Tot slot vertelde de verpleegkundige specialist over de zorg, die er aan de bewoners wordt geboden en de mogelijkheden voor studenten van het ROC om hier in de praktijk te worden opgeleid.
Ik heb vandaag een goed beeld gekregen van wat er allemaal achter de schermen gebeurt in een zorginstelling. Vooral het personeel, dat een ongelofelijke warmte uitstraalt naar de bewoners, hebben indruk op mij gemaakt. Het is niet makkelijk om te werken in een omgeving waar je regelmatig te maken krijgt met vraagstukken van leven en dood geconfronteerd wordt, maar deze mensen doen dat met veel toewijding en enthousiasme. Daar heb ik het grootste respect voor.
Helaas kon ik niet blijven voor de warme lunch, maar ik heb de bewoners beloofd zeker een keer mee te komen eten.
Volgende week ga ik weer verder met mijn economische stages, met op maandag als eerste Drukkerij De Bink. Natuurlijk zal ik ook van deze stages verslag uitbrengen.
Tot ziens
Geen opmerkingen:
Een reactie posten