Nog 1 maand en we gaan de provinciale jeugdzorgtaken definitief overdragen aan de gemeenten. Op dat moment komt er een einde aan pakweg 25 jaar provinciale jeugdzorg. Alhoewel ik diep in mijn hart nog wel zou willen dat deze taak uit het 'Sociaal Domein' in handen van de provincie blijft, ben ik de afgelopen jaren toch tot de conclusie gekomen dat het zo beter is. Ik zal uitleggen waarom.
Bij de provinciale jeugdzorg ging het in de afgelopen jaren niet om problemen die je met een beetje opvoedingsondersteuning kunt oplossen. Lichte vormen van jeugdzorg, dus alles wat je nog tot preventie kunt rekenen, was al jaren de verantwoordelijkheid van de gemeenten. Bij de provinciale jeugdzorg ging het meestal om zware problematiek. Daarbij moet je denken aan zwaar verstoorde relaties tussen kinderen en ouders, geestelijk gehandicapte ouders die niet willen of kunnen opvoeden, mishandeling en misbruik van kinderen in het gezin, vechtscheidingen waarbij kinderen betrokken zijn en ga zo nog maar even door. Toen ik vier jaar geleden begon als gedeputeerde had ik geen idee wat er in Nederland allemaal fout gaat in de 'veilige omgeving' van het gezin. Voor al die situaties is het goed dat er een overheid is die toe ziet dat kinderen veilig op kunnen groeien.
De afgelopen jaren gaven de provincies samen ongeveer een miljard euro per jaar uit aan die zware jeugdzorg. Doordat er jaarlijks steeds meer kinderen in de provinciale jeugdzorg terecht kwamen, steeg dat budget ieder jaar met een procent of 7. Een groei dus van zo'n 70 miljoen per jaar. Dat is een probleem voor de rijksbegroting, maar wat veel erger is, elk jaar komen zo'n 7% meer kinderen in de zware problemen terecht. De belangrijkste oorzaak hiervan ligt in bezuinigingen die de gemeenten jaar na jaar doorvoerden op de preventieve jeugdzorg. Door kinderen en gezinnen niet meer in een vroeg stadium te helpen met problemen, liepen de problemen steeds vaker uit de hand. De kosten daarvoor kwamen op het bordje van de provincie, want die betaalde immers de zware zorg.
Door de overdracht van de zware jeugdzorgtaken naar de gemeenten per 1 januari a.s. gaat deze situatie helemaal veranderen. De gemeenten krijgen dan immers naast de preventieve taken ook verantwoordelijkheid voor de zwaardere zorg. Gemeenten zien nu dat het loont om meer geld aan preventie uit te geven. Voorkomen dat een kind in grote problemen komt, is immers vele malen goedkoper dan de problemen pas aanpakken als de schade is toegebracht. In de voorbereiding naar de overdracht zie ik nu dat gemeenten meer dan ooit tevoren gaan investeren in extra preventieve zorg. Tijdelijk kost ze dat extra geld, maar op lange termijn zal blijken dat de uitgaven voor zware zorg gaan afnemen. Daarmee neemt ook het aantal kinderen dat in de problemen komt flink af.
Voor mij is dat meer dan genoeg reden om staatssecretaris Martin van Rijn te blijven steunen bij deze megaoperatie. Als eerste staatssecretaris heeft hij het lef om door te zetten op een buitengewoon lastig dossier. Hij krijgt daarbij veel kritiek op zijn aanpak en dat is zeker wat betreft de jeugdzorg niet terecht. Door de decentralisatie van de jeugdzorg realiseert hij niet alleen een afgesproken bezuiniging. Belangrijker is dat hij voor vele duizenden kinderen in Nederland het verschil gaat maken. Zij worden immers geholpen voor het probleem uit de hand loopt.
Tot ziens.
Witteman maakt een volstrekt foute analyse over de oorzaak van de stijgende kosten. Die zijn niet gelegen in het te kort schieten van preventie maar in geldklopperij van de instellingen. Witteman is daar volkomen blind voor geweest en deed om het hardst met jeugdzorgbestuurders als Erik Gerritsen en Jeugdzorg Nederland mee. Dat was de reden dat de kosten konden blijven stijgen, provincies gingen bij elk argument hoe onzinnig ook overstag en ook voor elk dreigement (instellingen die expres wachtlijsten laten oplopen)
BeantwoordenVerwijderenDe provinciebestuurders waren regenten onder regenten en de misstanden in de jeugdzorg werden volstrekt ontkend en naar rekenkamers werd niet geluisterd. De kosten stegen navenant en het is heel goed dat nu de gemeenten het gaat doen. Daar is meer directe democratie dan bij de provincies.
Van Rijn doet het zeker heel goed, dat is waar. Dat komt echter omdat hij zich niets van jeugdzorgbestuurders en jeugdzorg Nederland aantrekt en alle dreigementen langs zijn koude kleren laat afzakken. Daar kunnen provinciebestuurders die er nou juist vol intrapten in al deze lobbyretoriek nog heel wat van leren.
Beste Anoniem,
BeantwoordenVerwijderenDe groei van de uitgaven werd toch echt veroorzaakt door het feit dat er jaarlijks 7% meer kinderen instroomden in de provinciale jeugdzorg. Daar hebben de instellingen geen invloed op. Gelukkig komen we samen tot de conclusie dat de staatssecretaris het goed doet.
Welzeker hebben instellingen invloed op de instroom! Wat dacht u van klanten die zich aanmelden voor licht vrijwillige hulp nooit meer laten gaan? En wat te denken van de 'strijd tegen kindermishandeling' waardoor een enorme stroom aan klandizie wordt gerealiseerd via sluitende machten waar burgers nooit meer tegenop kunnen? Politie en ziekenhuizen melden massaal nieuwe klanten aan, de wijkteams doen dat ,de reclassering doet dat. En via een gezin een plan zitten al die instellingen met elkaar om tafel en zorgen dat ze allemaal klandizie krijgen.
BeantwoordenVerwijderenZeker doet de staatssecretaris het geweldig! Maar voor u is het ook nog niet te laat als u gaat letten op hoe dit economisch in elkaar zit, net als de staatssecretaris doet. Ook prof. Arnold Heertje is een website specifiek over het geld en de jeugdzorg begonnen en brengt het vele geld dat zorgbestuurders bij elkaar kunnen graaien (de perverse prikkels) in verband met steeds minder aandacht voor de echte zorg.
Mogelijk interesseert u dat www.humaniseringvandejeugdzorg.nl
Beste Anoniem,
BeantwoordenVerwijderenIk nodig je graag uit om een keer een kop koffie te komen drinken. Ik wil hier best over doorpraten maar niet volgens de aanpak van Arnold Heertje die zich volgens de rechter in Amsterdam onrechtmatig en onnodig kwetsend uitgelaten over Bureau Jeugdzorg Amsterdam. Ik was het erg eens met die uitspraak.
De heer Witteman houdt er wel een beperkte visie op na als hij vindt dat hele decentralisatie van de Jeugdzorg gaat over het omleggen van financiƫle stromen en dat gemeenten de zorg voor Jeugd gaan verbeteren door te investeren in preventieve zorg. De aanleiding voor de decentralisatie is ook niet alleen vanuit kostenoverwegingen, maar er zitten wel degelijk ook inhoudelijke doelstellingen achter. Volgens mij is het belangrijkste doel van de Jeugdzorg om het huidige stelsel te ontschotten (eenvoudiger, transparanter) en om de zorg voor jeugdigen te vernieuwen met andere werkwijzen (transformatie). Vrij beperkte blik op het vraagstuk voor een aankomend burgemeester lijkt me.
BeantwoordenVerwijderenBeste Bert,
BeantwoordenVerwijderenNatuurlijk is er veel meer te schrijven over de inhoudelijke doelstellingen. Wanneer je het grote aantal blogs dat ik eerder over dit onderwerp schreef er nog eens op na slaat kun je dat ook zien. In deze blog wilde ik vooral laten zien dat, alle kritiek ten spijt, de uitgaven voor preventie nu al flink stijgen terwijl de wet nog in moet gaan. Dat is wat mij betreft winst.