Vandaag is het precies 1 jaar geleden dat ik wethouder werd in de gemeente Leiden. Voor het Leidsch Dagblad was dat vanmorgen reden om eens de balans op te maken in een buitengewoon kritisch artikel op de regiopagina. Gevoed door met name een aantal leden van de Leidse oppositie beschrijft de krant vooral over onderwerpen die het afgelopen jaar niet goed zijn gegaan. Een aantal wethouders krijgt daarbij forse kritiek te verwerken.
Ik wil al die kritiek natuurlijk niet van tafel vegen. Achteraf bezien zijn er inderdaad een aantal zaken die we beter hadden kunnen doen. En natuurlijk liet de presentatie op een aantal punten te wensen over. Allemaal dingen die we moeten verbeteren en daar werken we als college hard aan.
Maar er zit ook een andere kant aan deze zaak. Doordat we aan de slag zijn gegaan met een nieuw en relatief onervaren team, hebben we ook af kunnen rekenen met een aantal ingesleten gewoontes en een oude bestuurscultuur. We zijn begonnen met een hele nieuwe manier van besturen. We zijn onze inwoners, veel meer dan in het verleden gaan betrekken bij het besturen van de stad. Het afgelopen jaar hebben alle collegeleden met grote regelmaat in zaaltjes gestaan om met mensen te praten over dingen die zij belangrijk vinden. Honderden inwoners maakten gebruik van het spreekuur met de wethouders en vele, vele e-mails van onze inwoners hebben we voorzien van een rechtstreekse reactie.
De reacties die ik met grote regelmaat krijg vanuit de stad zijn op dat punt veelal positief. Ook de journalisten van het Leidsch Dagblad kennen deze kant van ons college. Vaak zijn ze zelf aanwezig bij de vele bijeenkomsten met inwoners van de stad. Dat was bijvoorbeeld maandagavond toen er ruim 150 inwoners van het Boerhaavedistrict naar een informatiemarkt waren gekomen om zich te informeren over de ruimtelijke ontwikkelingen in de wijk. Maar blijkbaar is het geen nieuws als inwoners tevreden zijn met de werkwijze van hun nieuwe stadsbestuur.
Vandaag was ook de dag waarop we als college onze ombuigingsplannen hebben gepresenteerd onder de titel 'Ruimte voor Nieuw Beleid'. We gaan de raad een structureel bezuinigingsprogramma voorstellen met een omvang van 12 miljoen euro per jaar. Dat geld is nodig om alle wensen uit het collegeprogramma te kunnen betalen. Daarnaast hebben we ook plannen bekend gemaakt om de gemeentelijke organisatie kleiner, beter en slagvaardiger te maken. Hiermee willen wij een organisatie neerzetten die veel meer dan in het verleden in staat is tegemoet te komen aan de wensen van onze inwoners. De komende tijd gaan we met allerlei partijen in gesprek over deze plannen.
Tot ziens.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten