maandag 2 februari 2009

LIS

In 1882 werd Heike Kamerlingh Onnes hoogleraar experimentele natuurkunde aan de universiteit van Leiden. De instrumenten die hij voor zijn experimenten nodig had waren in die tijd niet gewoon in de winkel te koop en moesten dus zelf worden gemaakt. Om ervoor te zorgen dat er voldoende vakmensen waren om deze instrumenten te maken richtte hij in 1901 de Leidse Instrumentmakersschool (LIS) op.

Deze school bestaat nog steeds en is tegenwoordig als de op een na kleinste vakopleiding van Nederland op het Leidse Biosciencepark gevestigd. Zo'n 200 leerlingen worden hier opgeleid tot instrumentmaker. Instrumentmakers zijn knutselaars, puzzelaars en uitvinders, die met hun technische kennis en creativiteit eigenlijk alles kunnen maken wat denkbaar is. Veel wetenschappelijk onderzoek zou onmogelijk zijn zonder de door instrumentmakers gemaakte apparaten of meetopstellingen.

Vandaag bracht ik samen met burgemeester Henri Lenferink een bezoek aan deze opleiding. Het is een unieke school. De lestijden lopen van 8 uur 's morgens tot 5 uur in de middag en meer dan de helft van de lestijd is praktijkles. Daarbij gaat het om metaalbewerken, glasblazen, electronica en het bewerken van keramiek. Het is een echte Willy Wortelschool op MBO niveau waar de leerlingen een schriftelijke baangarantie krijgen. Binnen een half jaar na het verlaten van deze opleiding heeft men werk gevonden.

In het geweld van steeds grotere onderwijsbedrijven is het mooi om te zien dat een kleine vakschool als de LIS ook gewoon kan blijven bestaan. De rijksregels voor financiering van het onderwijs maken dit overigens niet eenvoudig. Met directie en bestuur van de school hebben we gesproken over de manier waarop we elkaar kunnen helpen.

Tot ziens.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten